Vuurdoop op Grebbeberg

Dit jaar op 10 mei is het 71 jaar geleden dat Duitse troepen onverhoeds ons land binnen vielen. De Duitse overmacht aan materiaal en menskracht was te veel voor dappere Nederlandse soldaten, die het in enkele gevallen moesten doen met wapens uit de 19e eeuw. Een van de militairen die op de Grebbeberg de Duitse opmars tot staan moesten brengen, was onze plaatsgenoot Bernard Koenders. Bernard, die vele jaren een kapperszaak aan de Kerkstraat had, stierf in september 2010. In de nalatenschap van Bernard bevonden zich tal van documenten uit zijn diensttijd. Het meest bijzondere was wel een notitieboekje waarin hij opgeschreven had wat hem in die hectische meidagen was overkomen. De Historische Kring Glanerbrug kreeg van de zoon van Bernard de documenten ter inzage en met toestemming van diezelfde zoon ,John Koenders, mogen we het verhaal van Bernard publiceren.

In november 1939 ging ons land over tot de algehele mobilisatie en dat betekent voor Bernard dat hij naar Scheveningen moet om zijn plicht te vervullen. Hij onderhoudt een regelmatige correspondentie met enkele kameraden en een van die kameraden schrijft op 2 januari 1940: “De koffie kost hier maar 3 cent met een koekje erbij en een heerlijk bakje. Wij krijgen FL 1,18 soldij en omdat we niet in de kazerne liggen komt daar 15 cent ontberingsgeld bij.”
Zo prettig en ongestoord blijft het niet want in de nacht van 10 mei komt de aanval. Bernard Koenders is dan in Leersum (Utrecht)gelegerd en verslaat de hectische meidagen van 1940 in een notitieboekje.

Om 3 uur in de nacht van de 10e mei moet het onderdeel er op uit. De lucht is vergeven van Duitse vliegtuigen die gierend omlaag duiken en hun bommen en kogels afvuren. De sectie waarin Bernard is opgenomen krijgt het bevel om op te rukken naar de Amerongse berg. Daar in de buurt moet men bij een artilleriestelling het gebied afzoeken naar Duitse parachutisten. Omdat er geen Duitsers worden aangetroffen gaat de opmars richting vijand verder. Maar –het zijn verwarrende dagen- even later komt het bevel om 500 meter terug te trekken. Midden in een weiland graaft men zich in, terwijl Duitse granaten achter hen neervallen. Er breken vuurgevechten uit met oprukkende Duitsers, er zijn aanvallen vanuit de lucht en opnieuw luidt het bevel: Terug!
Maar op de avond van Tweede Pinksterdag stuit het terugtrekkende onderdeel van Bernard Koenders op 2 Duitse pantserwagens waarvan er een onmiddellijk het vuur opent. Het resultaat van die beschieting: 6 gewonden waaronder Bernard, die in zijn kuit wordt getroffen. De Duitsers gebruiken de gewonden als menselijk schild door hen op de pantserwagens te zetten en verder op te rukken. Nederlandse troepen openen het vuur en Bernard krijgt een schampschot aan zijn hoofd. In Leersum, waar dan al de Duitse stoottroepen zijn binnen getrokken, mogen de gewonden van de pantserwagens afstappen om verzorgd te worden.

De gewonde Glanerbrugger wordt eerst naar Arnhem gebracht waar hij wordt geopereerd. Vanuit Arnhem brengt de bezetter hem naar Emmerich en dan naar Dorsten. De ouders van Bernard hebben intussen vernomen dat hun zoon gewond is geraakt. Het Rode Kruis schrijft aan de ouders waar de gewonde wordt verzorgd en ook een Duitse verpleegster is zo vriendelijk om een uitgebreide brief naar Glanerbrug te sturen waarin ze vertelt hoe het met Bernard gaat.
Op 13 juli keert soldaat Bernard Koenders terug naar ons land en zondagsavonds 14 juli om half zeven opent hij de deur van zijn ouderlijk huis aan de Bentstraat. Een indrukwekkende periode is voorlopig ten einde.
In het notitieboekje houdt Bernard ook bij wat er in het najaar van 1944 in en bij Glanerbrug gebeurt. Hierover meer in een volgende editie.
Tegelijk met Bernard Koenders streed er in ieder geval nog een Glanerbrugger mee op de Grebbeberg. De Historische Kring Glanerbrug is benieuwd wie deze man was en hoe hij die meidagen heeft beleefd. We zien reacties graag tegemoet.

Dagboek van de bezetting.

Soldaat Bernard Koenders is gewond geraakt in mei 1940 bij de Grebbeberg en staat op 14 juli 1940 weer voor de deur van zijn ouderlijke woning aan de Bentstraat te Glanerbrug. Aan de Duitse Arbeitseinsatz kan hij ontkomen doordat dokter Schutter verklaart dat de ex-militair regelmatig door hem moet worden behandeld.
Van 2 september 1944 t/m 7 december 1944 houdt Bernard een dagboekje bij waarin hij kort opschrijft welke krijgshandelingen er worden verricht. Op Dolle Dinsdag( 5 september) luiden de berichten dat geallieerde legers de Duitsers in Nederland nagenoeg op de knieën hebben. Bernard schrijft over die dag:
“Duitsche troepen vluchten uit Holland. ’s Middags kwart over een: 12 Am.jagers bestoken de colonnen en het station Gronau. Belegeringstoestand wordt uitgevaardigd.” Een dag later meldt hij: “Eilermarkbrug in de lucht laten vliegen. Am. jagers verkennen hier de omgeving.”Uit deze melding kan men opmaken dat Bernard bij deze aanslag betrokken is geweest. Zekerheid daarover verschaffen de aantekeningen evenwel niet. In de papieren van Koenders zitten ook twee kladblaadjes met daarop een roostertje van wachtlopers. Zeven Glanerbruggers houden om beurten de wacht en hebben tot taak om nauwkeurig bij te houden wat men op het terrein van de vijand heeft waargenomen. Helaas wordt nergens uit de papieren duidelijk waar men precies wacht liep en aan wie men verantwoording en rapportage schuldig was. In zijn dagboekje geeft Bernard over die twee nachten alleen aan:
“Voor het eerst in een hol onder de grond geslapen. Angst voor de Duitsers. Bij Arnhem zware gevechten.”En de tweede nacht van wachtlopen omschrijft hij als volgt: “In het hooi op een zolder geslapen. Om de beurt posten.”

Op 7 oktober maakt onze dagboekschrijver melding van 3500 bommenwerpers en 1500 jagers die Duitsland aanvallen. Hij noemt het de grootste luchtaanval van deze oorlog. Op 13 oktober worden alle scholen van Glanerbrug ontruimd om onderdak te bieden aan Duitse parachutisten en drie dagen later wordt ook het St. Olav klooster in de Beekhoek door de Duitsers in beslag genomen. Op 24 oktober vindt de grote razzia plaats en ook Bernard wordt opgepakt. Hij schrijft hierover het volgende:
“Grote Razzia in Glanerbrug en Enschede. Glanerbrug 822 man en Enschede 8000. Gl. naar Epe. Ensch. naar Ochtrup en Ahaus. ’s Avonds erwtensoep.” Twee dagen later mag de opgepakte Glanerbrugger naar huis: hij is afgekeurd wegens astma en hij kan vanuit Glanerbrug zijn dagboekaantekeningen vervolgen.

Vanaf begin november 1944 komt het ook in Glanerbrug regelmatig tot luchtalarm en op 8 november vallen er bommen op Ramie Union (huidige Miro) waarbij 14 doden te betreuren zijn, onder wie ook twee Glanerbruggers.
Uit al zijn aantekeningen blijkt dat Bernard vrij nauwkeurig de oorlogshandelingen kon volgen. Wellicht dat hij over een radio heeft beschikt, maar daarvoor is geen direct bewijs te vinden in zijn papieren.
De aantekeningen stoppen op 7 december als hij meldt dat de vijand de grootste luchtaanval van de oorlog te verduren krijgt.
Vlak na de bevrijding, die voor Glanerbrug op 1 april 1945 komt, komen we onze hoofdpersoon tegen op foto’s van de Grenswacht. Onmiddellijk na de bevrijding worden “goede”vaderlanders ingeschakeld om de grens te bewaken. Het is hun taak om naast douanewerk ook vluchtende Duitse soldaten en NSB-ers te onderscheppen en over te dragen aan de bevoegde instanties. Of men veel succes heeft gehad, valt niet te achterhalen. Wellicht dat lezers van dit blad ons over de werkzaamheden en successen van de Grenswacht meer kunnen vertellen. Wij zijn in ieder geval erg blij met de materialen van Bernard Koenders, die ons door zijn zoon ter beschikking zijn gesteld. Het is waardevolle informatie over een bijzonder hoofdstuk van de Glanerbrugse geschiedenis.

De Historische Kring Glanerbrug is dankbaar voor aanvullingen
op dit verhaal. U kunt reageren via:
wmeester@home.nl of j_kwakman@hotmail.com
of gewoon even langs komen op de maandagochtend
van 10.00 tot 12.00 in de pastorie aan de Kerkstraat.