Schoenmaakster Maria Kroeze

Maria Kroeze

Honderduit vertelt mejuffrouw M. H. Kroeze uit Glanerbrug over het grote avontuur van haar leven: haar bootreis naar Afrika en haar verblijf van meerdere weken in Kaapstad. Ze doet dit aan familieleden en kennissen maar ook aan klanten, die haar in haar werkplaats aan de Rijksweg op enkele tientallen meters afstand van de Nederlands-Duitse grens regelmatig komen bezoeken. En terwijl ze praat hanteert ze handig hamer en leest, want mejuffrouw beoefent het aloude ambacht van schoenmaker. Ze is wellicht Nederlands enige vrouwelijke schoenmaker. Maar daaraan heeft ze haar reis naar Afrika niet te danken. Die reis is meer een gevolg van het feit, dat er in onze dikwijls zo zakelijk ingestelde maatschappij, ook nog mensen zijn, die goed met goed weten te vergelden. Het was in de barre februarimaand van 1945 toen mevrouw Hesper—Vogelaar uit Pernis per fiets vanuit Rotterdam in Glanerbrug aankwam. Zij klopte aan een willekeurig gekozen deur. Het was mejuffrouw Kroeze, die open deed en het verhaal aanhoorde van een vrouw, die vanuit Rotterdam onder moeilijke omstandigheden naar het Nederlandse grensgebied was komen fietsen om te trachten daar iets te bereiken voor haar broer, die op korte afstand over de grens in een Duitse gevangenis verbleef en het niet best maakte. De Rotterdamse trof het: binnen enkele dagen was haar broer middels door de ondergrondse verschafte valse papieren weer in Nederland, waar hij van uit Hengelo met een Wehrmachts-trein naar Rotterdam terugkeerde. En toen mevrouw Hesper—Vogelaar naar Rotterdam wilde terugkeren, kreeg ze een zo groot voedselpakket achter op haar fiets gebonden, dat de Rotterdamse haar rijwiel niet meer baas kon zodat de Glanerbrugse tenslotte besloot mee te fietsen naar Rotterdam. Nadien volgden nog meerdere tochten vanuit Glanerbrug naar de Maasstad, waar de Rotterdamse alleen de zorg droeg voor haar drie dochtertjes, want op het moment, dat de oorlog uitbrak, was haar man, een machinist ter koopvaardij — in het buitenland. Met veel moeite verzamelde mejuffrouw Kroeze in Glanerbrug de levensmiddelen en wanneer de voorraad groot genoeg was, volgden de avontuurlijke fietstochten naar Rotterdam, waarbij het niet altijd even gemakkelijk was inbeslagname van de fiets en de levensmiddelen te voorkomen. Toch gelukte dit, doch toen ze weer eens op een gegeven moment in Rotterdam was, bleek het niet mogelijk voor de Glanerbrugse naar het Oosten van het land terug te keren, zodat ze alle verschrikkingen van de hongersnood te Rotterdam beleefde. Pas negen weken na de bevrijding kreeg te de kans naar haar woonplaats terug te keren. Ook nadien bleef echter ten hecht contact bestaan en dit contact werd ook niet verbroken, toen de familie Hesper naar Afrika emigreerde, waar de koopvaardij-machinist van weleer zich in Kaapstad een scheepsmotorenfabriek wist op te bouwen. En al wist de Rotterdamse familie zich in Kaapstad van een ruim bestaan te verzekeren, men vergat daar in het zonnige Afrika de menslievendheid niet, welke de schoenmaakster in het kleine Glanerbrug in de donkerste oorlogsmaanden had betoond. Prompt arriveerde dan ook op elke naoorlogse verjaardag van mejuffrouw Kroeze een pracht boeket bloemen aan de Rijksweg nummer acht. En daarnaast bleef een uitgebreide correspondentie bestaan tussen Glanerbrug en Kaapstad. Het was dan ook vanzelfsprekend, dat toen mevrouw Hesper—Vogelaar in het begin van dit jaar vanuit Kaapstad naar Nederland reisde om haar familieleden te bezoeken, zij haar vroegere weldoenster uit Glanerbrug niet oversloeg. En niet alleen dat ze een bezoek kwam brengen, ze nodigde de Glanerbrugse ook uit voor een reisje naar Afrika. Natuurlijk zei mejuffrouw Kroeze niet ogenblikkelijk ja op dit aanbod, maar na enig beraad aanvaardde ze de uitnodiging toch. En zo reisde de Glanerbrugse schoenmaakster per boot naar Afrika om er in Kaapstad te genieten van een heerlijke achtweekse vakantie. Haar klanten hebben wel wat geduld moeten oefenen en misschien zelfs wel voor korte tijd met kapotte schoenen door het leven moeten gaan, maar daarvoor in de plaats kunnen ze dan ook nu meegenieten van het prachtige album vol foto’s en de vele souvenirs, die ze als herinnering aan haar reis meebracht, maar bovenal van de vele verhalen, die de schoenmaakster weet te vertellen, terwijl zij tussendoor vaardig het oude ambacht uitoefent.

Bron: De Tijd. Godsdienstig staatkundig dagblad van 02 – 07 – 1957.